top of page

Informatie over huisvesting voor assemblisten

Hier is de informatie die schriftelijk beschikbaar was voor assemblisten tijdens de derde dag van deze cyclus (na hun input over waarover ze geïnformeerd wilden worden).

Kaart over woningenverhuur

carte_des_loyers_SLRB_2018.png

Ordonnantie over de wooncode

De ordonantie:

Info Publieke Ruimte

citydev.brussels

 

Bron: https://huisvesting.brussels/wie-doet-wat/wat-doet-het-gewest/citydev.brussels

 

Citydev.brussels is een publiekrechtelijke pararegionale instelling die in 1974 werd opgericht.

Citydev.brussels is belast met de stedenbouwkundige ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Hiertoe vertrouwde het Gewest citydev.brussels drie complementaire opdrachten toe:

 

  • Bedrijfsruimten creëren (economische expansie)

  • Voor iedereen betaalbare woningen bouwen (stadsvernieuwing)

  • Woningen en bedrijven verenigen in dezelfde wijk (gemengde projecten)

Publiek / Privé: https://www.docu.vlaamserand.be/sites/default/files/brus99nl.pdf

 

Bron: Huisvesting in Brussel: diagnose en uitdagingen, Brussels Studies, Nummer 99, 6 juni 2016, www.brusselsstudies.be

  • Totale woonaanbod Brussel: 90% privé, 10% publiek (= 8% sociale woningen, 2% OCMW & patrimonium gemeentes)

  • Enorm krap publiek woonaanbod in vergelijking met andere Europese steden

info01.png
info02.png
info03.png
info04.png

Gentrificatie

 

Bron: https://journals.openedition.org/brussels/293?lang=nl https://journals.openedition.org/metropoles/4753

 

  • Wooncrisis is vooral voelbaar in het centrum, met name in de historische binnenstad.

  • Hier worden woningen in slechte staat aangeboden op de private huurmarkt

  • In het centrum is 75% van de gezinnen afhankelijk van de private huurmarkt, tegenover 54% als Brussels gemiddelde

=> Private markt neemt rol van sociaal verhuurder op in het centrum

 

Er lijken sommige volkswijken in het stadscentrum vandaag “herontdekt” te zijn door verschillende soorten protagonisten die allemaal een aantal kenmerken van de sociale bovenklasse met elkaar delen. Onder hen vinden we onder meer terug: vastgoedinvesteerders die mikken op de herwaardering van zones in het stadscentrum om er woongebieden voor een (zeer) welgestelde clientèle van te maken, maar ook jonge en vaak geschoolde gezinnen die zich aangetrokken voelen door allerhande eigenschappen van de historische centrumwijken van een grote stad (de sociale en culturele verscheidenheid, het intense stadsleven, enz.). Bovendien besteden ook de overheden sinds het begin van de jaren 1990 aandacht aan de Brusselse centrumwijken via een politiek project voor de “vernieuwing” van deze gebieden.

 

Definities

 

  • Gentrificatie is het samenspel van een aantal evoluties waarbij populaire gebieden (opnieuw) worden opgeëist door en voor groepen die hoger op de maatschappelijke ladder staan dan de voorgaande bewoners of gebruikers ervan.

  • Gentrificatie is de vestiging in volkswijken van personen uit de middenklasse of uit de meer gegoede bevolkingsgroepen, die er het gebouwenpark omvormen of vernieuwen, wat prijsstijgingen en een langzame verhuisbeweging van de oorspronkelijke bevolking met zich meebrengt.

  • Overheid: hoopt dat de middenklasse naar het centrum terugkeert met het oog op de sociale mix en cohesie, een duurzame ontwikkeling, het werken aan een hoogwaardig imago voor de stad en de bescherming van het patrimonium

  • Risico dat de overheid sociale segregatie in de hand werkt

info05.png
info06.png
info07.png
info08.png

Regeringsplannen

Bron: (2019), Brusselse Regering: Beleidsnota: deel 5: Huisvesting

 

Fonds voor huurwaarborgen:

Na een haalbaarheidsonderzoek wil de Regering een huurwaarborgfonds oprichten. Ze koestert de ambitie om op termijn alle huurwaarborgen, zowel voor openbare woningen als voor privéwoningen, te centraliseren en te bundelen. Dit fonds krijgt een paritair beheermodel waarbij huurders en verhuurders worden betrokken ; De Regering wil van deze overheidsinstelling een uniek huisvestingsloket maken voor huurders en verhuurders, waar tegelijk de huurwaarborg, de huurovereenkomst en de plaatsbeschrijving voor elke woning wordt neergelegd. In afwachting zal het huidige mechanisme van geleidelijke samenstelling van de huurwaarborg, georganiseerd door het Woningfonds, worden versterkt. Ook zal er verder overleg worden gepleegd om partnerschappen tot stand te brengen tussen het Woningfonds en de OCMW’s.

 

Huurbemiddelingsmechanisme:

Omdat het zowel financieel als qua tijd steeds moeilijker wordt om toegang te krijgen tot het gerecht, zal de Regering een kosteloos huurbemiddelingsmechanisme invoeren via een paritaire commissie bestaande uit vertegenwoordigers van huurders en verhuurders. Deze commissie krijgt de opdracht om op verzoek van een van de partijen de billijkheid van de huurprijs te onderzoeken in het licht van de criteria van de referentietabel en om, als de reële huurprijs afwijkt van de referentiehuurprijs, te trachten de partijen te verzoenen. Eveneens om geschillen tussen huurders en verhuurders op te lossen, wil de Regering het de huurders makkelijker maken om zich voor de vrederechter te laten begeleiden door verenigingen die hun belangen verdedigen. In dat opzicht zal ze contact opnemen met de federale regering.

 

Inspectie van de woningen:

In de strijd tegen ongezonde woningen, huisjesmelkers en discriminatie op de huisvestingsmarkt, zal de Regering de middelen die ze ter beschikking stelt van de Directie Gewestelijke Huisvestingsinspectie (DGHI) verdriedubbelen. Bedoeling is om de controles op te voeren en te garanderen dat de woningen voldoen aan de veiligheids-, gezondheids- en uitrustingseisen die zijn opgelegd in de Brusselse Huisvestingscode.

 

De inschrijvingen voor een sociale woning centraliseren

Om elk gezin beter te kunnen begeleiden, zal het Gewest het gecentraliseerde administratieve beheer van de inschrijvingen versterken. Vandaag beheren de BGHM, de gemeenten en de sociale verhuurkantoren elk hun eigen wachtlijsten voor een sociale woning. De Regering zal onderzoeken of de lijsten van de kandidaat-huurders kunnen worden gecentraliseerd bij slechts één operator.

 

Gemeentelijke observatiecentra voor leegstaande woningen:

Sinds 2016 kent het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de gemeenten subsidies toe opdat ze via een jaarlijkse projectoproep gemeentelijke observatiecentra voor leegstaande woningen zouden oprichten. Tot op heden hebben 11 gemeenten een overeenkomst gesloten met het BHG dat hen technisch en financieel helpt om middelen in te voeren om leegstaande woningen op te sporen (kruising van gegevens Sibelga/Electrabel, samenwerking met Bpost, enz.…) en te recenseren. De Regering wenst dit beleid voort te zetten en uit te breiden opdat alle gemeenten van het Gewest een observatiecentrum zouden oprichten dat jaarlijks een kadaster opmaakt van de leegstaande woningen.

 

Bestrijding van uitzettingen en wintermoratorium in de openbare huisvesting:

Om kwetsbare personen beter te beschermen en uithuiszettingen zoveel mogelijk te beperken, zal de Regering een duidelijke wetgeving goedkeuren om de uitzettingen te begeleiden. Er zal onder meer een wintermoratorium worden goedgekeurd voor de openbare huisvesting. Deze periode zal lopen van november tot maart.

 

Discriminatie in de huisvestingssector bestrijden:

Bij het zoeken naar een woning worden heel wat Brusselaars het slachtoffer van discriminatie. Deze discriminatie schendt hun grondwettelijk recht op huisvesting en heeft rampzalige gevolgen voor het dagelijkse leven van de betrokkenen. Tegenover de omvang van dit verschijnsel waaraan al verschillende wetenschappelijke studies werden gewijd, waaronder de studie van Unia uit 2014 onder de titel « Barometer van de diversiteit in de huisvesting », verbindt de Regering zich ertoe om een actief beleid te voeren voor de bestrijding van discriminatie op de huisvestingsmarkt. De Regering zal ten volle gebruik maken van de nieuwe instrumenten die de ordonnantie van 21 december 2018 tot wijziging van de Brusselse Huisvestingscode heeft vastgelegd om de strijd tegen discriminatie bij de toegang tot huisvesting te versterken.

 

Binnen 5 jaar de bouw voltooien van de 6.400 woningen die zijn voorzien in het GHP en in de Alliantie Wonen:

De sociale hoogdringendheid inzake huisvesting is een realiteit die we niet mogen minimaliseren. Meer dan 43.000 Brusselse gezinnen staan immers ingeschreven op de wachtlijst voor een sociale woning. En dat cijfer neemt nog ieder jaar toe als gevolg van onder meer de verarming van de Brusselse bevolking. Met het Gewestelijk Huisvestingsplan en de Alliantie Wonen had de Regering zichzelf een ambitieuze doelstelling opgelegd, namelijk de bouw van 8.000 woningen. 1.600 daarvan werden al gerealiseerd en 6.400 zijn gepland. Voor 2000 woningen echter liggen de werkzaamheden in verschillende etappes stil. In het licht van de huidige crisis is het belangrijk dat ze snel kunnen worden voltooid en de Regering zal alles doen om daarin te slagen.

 

50% van de woningen die worden gebouwd op gronden van het Gewest een sociaal karakter geven:

De Brusselse gronden staan zwaar onder druk. De zeldzame bouwgronden die nog resteren, worden aan torenhoge prijzen verkocht. Het Gewest wil alle hefbomen waarover het beschikt activeren om het aantal openbare woningen te verhogen in het algemeen. Minstens 50 % van de woningen die op haar eigen gronden worden gebouwd, zullen sociale woningen moeten zijn.

 

Middelgrote woningen omvormen tot sociale woningen:

Het aantal gezinnen op de wachtlijst voor een sociale woning is zo hoog dat een heroriëntatie van het openbare woningbestand niet kan uitblijven. Tegelijk vinden heel wat middelgrote woningen moeilijk huurders. Daarom zal in overleg met de openbare verhuurders worden nagegaan hoe bepaalde middelgrote woningen kunnen worden omgevormd tot openbare woningen.

 

Versnelde stedenbouwkundige procedures:

Urban.brussels zal een specifieke cel van gespecialiseerde personeelsleden in het leven roepen die instaat voor het onderzoek van de aanvragen tot stedenbouwkundige vergunningen voor publieke huisvesting. Deze personeelsleden zullen het eerste contactpunt zijn voor de projectleiders van sociale woningbouwprojecten en zullen beschikbaar zijn voor overleg voordat de vergunningaanvraag wordt ingediend. Urban.brussels zal vervolgens deelnemen aan regelmatige bijeenkomsten met de sector om de voortgang van de sociale woningbouwprojecten op de voet te blijven volgen.

 

De herhuisvestingsoplossingen uitbreiden tot de private huurmarkt:

Tijdens de renovatie van openbare woningen moeten de bewoners soms verhuizen. De moeilijkheid om voor deze huurders een woning te vinden in een al overbelast woningbestand, kan echter een rem zetten op het renovatiebeleid. Er moet dus worden gezocht naar snelle herhuisvestingsoplossing om de renovatiewerken niet te vertragen. Ook de toekenning van nieuwe woningen aan gezinnen die soms al jarenlang op een wachtlijst staan mag niet worden verlamd. Om de start van de renovatieprojecten te versnellen en tegelijk woningen aan te bieden in de buurt, kan de Regering de herhuisvestingsmogelijkheden uitbreiden tot de private huurmarkt.

 

De renovatieprocedures van sociale woningen verbeteren en vergemakkelijken - BGHM:

De Regering verbindt zich ertoe om alle sociale woningen in een behoorlijke staat van verhuur te brengen, met name door de obstakels weg te werken en de uitvoeringstermijnen van de renovatiewerken te verkorten. Vooral werken voor de verbetering van de energieprestatie van het sociale woningenbestand moeten worden gefaciliteerd.

 

Een vierjarenplan uitwerken voor energiebezuiniging:

De verlaging van de energie-impact van openbare woningen is zowel een ecologische als een sociale noodzaak. Een al kwetsbaar publiek moet immers soms meer lasten betalen dan huur. De Regering zal daarom een ambitieus beleid voeren om het openbare woningenbestand te renoveren. De regering zal een nieuw aanvullend vierjarenplan uitwerken dat vooral gericht is op de verlaging van het energieverbruik en van de lasten die worden aangerekend aan de huurders van sociale woningen.

 

 De onderhoudskosten van groene ruimten verminderen:

Net als voor de energielasten dringt zich ook een denkoefening op over de vermindering van de onderhoudskosten van groene ruimten voor de sociale huurders. De gewenste vergroening mag niet wegen op de portefeuille van een publiek met een bescheiden inkomen.

bottom of page